te Utrecht
Van het dubbele
dwarshuis
Springweg 2 (rechts) en
Mariaplaats 45
(links)
is het rechterdeel het best bewaard.
De
kap
ervan is in 1968 ingrijpend gerestaureerd;
het linkerdeel verloor zijn kap ten gunste van een extra
verdieping. In totaal telt de gevel van het dubbelhuis zeven vakken tussen acht
pilasters, in
kolossale orde.
Ze lopen dus over de volle hoogte, al is die opzet bij het linker deel in 1925 aangetast. De
Ionische kapitelen
dragen een
Vlaamse goot.
In het
hoofdgestel
staat het bouwjaar: 1643. De
basementen van de pilasters
staan op het
basement van het pand,
waarin de
vensters van het
souterrain
zijn opgenomen.
Het pand staat, evenals de huizen links ervan, op een strook die van het
erf van het grote middeleeuwse huis
Mariaplaats 50
afgescheiden is.
Het
poortje rechts naast Springweg 2
is nog steeds de achteruitgang van dat hoofdhuis.
Het huis heeft
samengestelde balklagen
met
ojiefsleutelstukken.
De kamer op de
bel-etage
bevat een
rococo-schouw.
Het dubbelhuis heeft een gedeelde haakse achterbouw, die bij beide panden verhoogd is.
Springweg 2 is rond 1900 in een beneden- en bovenwoning gesplist, vandaar die twee
deuren naast elkaar.
Een anekdote: architect Paulus van Vliet was in 1990 bezig met de tweede restauratie.
Toen hij op een nacht langskwam, zag hij de
voorgevel
bewegen.
Van de pilaster tussen de
souterrainvensters
was ooit het onderste deel weggehaald en een stalen
H-balk
moest deze ingreep ondervangen.
Eerder die dag was een aftimmer
plank
verwijderd, en kennelijk was die de laatste hulp voor de doorgeroeste balk.
De hele nacht is aan het stutten gewerkt,
want zowel de restaurerende instelling het Utrechts Monumentenfonds,
als de architect wilden deze fraaie gevel koste wat het kost redden.
Tekst: Jean Penders (10-2006). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders